Kernwaarden

Wijkwijs werkt vanuit de volgende tien kernwaarden. Deze waarden helpen ons om op een betekenisvolle en bewuste manier onderzoek te doen met de stad. De waarden bieden een vertrekpunt voor prioriteiten, keuzes en handelingen. Tegelijkertijd krijgen deze waarden pas betekenis in de lokale context zelf en zijn dus dynamisch en context-gedreven.

1

Wederkerigheid

Wederkerigheid staat centraal in de praktijken van Wijkwijs. Onderzoekers verzamelen niet alleen gegevens maar dragen ook actief bij aan de behoeften van de gemeenschap (groep mensen of initiatief), zoals waardering van deelnemers, training tot onderzoeker of vrijwilligerswerk. Maar vooral: het samen zijn en doen.

2

Gelijkwaardigheid

In samenwerking in onderzoek is het belangrijk dat iedereen elkaar als gelijken ziet. We willen respectvol samenwerken en openstaan voor diverse vormen van kennis. Dit betekent ook dat onderzoekers, verbonden aan een kennisinstelling, soms een stapje terug moeten doen en bescheiden durven te zijn, want ook universiteiten hebben niet alle kennis in pacht.

3

Collectiviteit

Bij Wijkwijs wordt kennis samen gecreëerd, waarbij bijvoorbeeld ook diverse ervaringen over de buurt als waardevolle informatie gelden. In deze wisselwerking tussen betrokkenen is het leerproces voor alle partijen belangrijk, om zo gemeenschappelijke doelen te identificeren en passende oplossingen te ontwikkelen. 

4

Eigenaarschap

Bij eigenaarschap draait het om het erkennen van alle soorten bijdragen in het onderzoek. Iedereen die meedoet heeft recht op erkenning van ingebrachte kennis, observaties, netwerken, foto’s en ga zo maar door. Eigenaarschap met naam en toenaam.

5

Sensitiviteit

Samenwerken vraagt onderling vertrouwen. Om dit te versterken, moeten onderzoekers actief betrokken zijn bij de gemeenschappen of groepen mensen waarmee ze een onderzoek uitvoeren. Dit betekent dat het belangrijk is om ruimte te maken voor verhalen en ervaringen van deelnemers en om met empathie te luisteren en er te zijn.

6

Nabijheid

Elkaar leren kennen begint bij elkaar zien, er zijn. Dit betekent dat onderzoekers niet vanuit een afstand observeren, maar actief aanwezig zijn op de plekken waar het gebeurt. Bijvoorbeeld door er te werken, te fietsen, te helpen, en betrokken te zijn bij bestaande activiteiten wijk. Nabijheid gaat om zowel fysieke als emotionele verbondenheid, waarbij onderzoekers ook de spanningen en relaties in de gemeenschap leren begrijpen.

7

Inclusiviteit

Inclusiviteit gaat over het onderzoeksproces zelf. Wie is er bij het proces betrokken? Wie zit er aan tafel en wie niet? Het gaat om het organiseren van het onderzoek op een manier waarin achtergronden, leeftijd, taal en verschillende manieren van communiceren in acht worden genomen. En de keuze in wie op welke manier betrokken is, expliciet wordt gemaakt.

 

8

Rechtvaardigheid

Bij rechtvaardigheid gaat het er om dat onderzoekers actief zoeken naar diverse perspectieven in een wijk, voorbij aan de dominante beelden en verhalen. Rechtvaardigheid gaat over het adresseren van ongelijkheid binnen en tussen gemeenschappen. En bijvoorbeeld ook in de relatie tussen kennisinstellingen en de inwoners van Rotterdam. 

9

Reflexiviteit

Reflexiviteit vergt dat je aandacht hebt voor wie je als onderzoeker, deelnemer, bewoner bent. Het is belangrijk dat je bewust bent van je positie, je achtergrond, wat je kan doen en wat niet. Het gaat om reflecteren op wat voor invloed dit heeft op het onderzoek en de mensen die zijn betrokken. Dit principe heet ‘positionality’. Hierin betekent ook flexibiliteit veel: sta je open voor verandering als er iets niet gaat zoals je wil?

10

Continuïteit

Continuiteit benadrukt de cruciale vraag: wat gebeurt er na een onderzoek?

De tijdelijkheid van een onderzoeksproject past vaak niet bij het tempo van het dagelijkse leven. Continuiteit gaat over meer dan het onderzoek alleen. Het gaat over het bouwen van relaties die verder strekken van de inhoud van het onderzoek.